AFKNOPEN BREEDTESNAAR      
  De laatste breedtesnaar
Voordat je kunt afknopen, moet je eerst op de juiste manier de laatste breedtesnaar spannen. Deze snaar moet, net als bij de laatste lengtesnaar, wat strakker gespannen worden dan de eerdere snaren. Dit is nodig omdat bij het leggen van de knoop de snaar wat terugschiet en daardoor op de laatste breedtesnaar minder spanning komt te staan dan op de andere breedtesnaren.

bespanmachine op KNT zetten
Dit compenseren we door de laatste breedtesnaar strakker te spannen. De machine in dit voorbeeld heeft hiervoor een aparte stand: KNT (afkorting van het Engelse woord 'knot' dat knoop betekent).

bevestigingsklem los
Zodra de laatste snaar gespannen is, maken we de bevestigingsklem voor het racket op de rechterbenedenhoek los. Dit is nodig omdat we anders geen ruimte hebben om af te knopen.
Vervolgens voeren we de snaar door een tule van een meer naar het handvat zittende lengtesnaar. Je zult ontdekken dat het bij de eerste snaar naar het handvat toe niet lukt. Dat komt doordat de richting waarin de snaar in deze tule is gespannen het doorvoeren niet toelaat. Hier lukt het, net als eerder bij de laatste lengtesnaar, wel bij de tweede tule. We voeren de snaar door deze tweede tule naar binnen.


De knoop leggen
Er bestaan diverse knopen voor tennissnaren. We gebruiken hier dezelfde knoop als bij de laatste lengtesnaar.
We leggen de knoop door de ingevoerde snaar eerst tweemaal (eenmaal kan ook heel goed als de snaar niet te glad is) om de al gespannen snaar te wikkelen, dan terug te gaan naar het begin en tussen de twee snaren door naar beneden te steken. De foto hier is, door het gebrek aan ruimte dat door de breedtesnaren ontstaat, wellicht wat onduidelijk. Bekijk eventueel de foto die staat op de pagina over het afknopen van de laatste lengtesnaar. Op die foto is duidelijker te zien hoe het moet.

knoop leggen
De knoop moet met de hand strak worden gezet. Hij moet zo dicht mogelijk bij het blad komen. Zit hij wat te ver, dan kan het knopen mislukken. Pas dus goed op.
Bij het aantrekken moet ook het deel van de snaar aan de buitenkant van het blad strak komen te staan (op de foto zit dit nog los).


tweede knoop leggen
Het straktrekken doe je door het einde van de twee wikkelingen (het einde dat het meest naar de bovenkant van het racket zit. De rest van de snaar, het uiteinde, is gestoken tussen de twee snaren dicht bij de tule) eerst aan te trekken, al trekkend steeds verder de knoop naar het blad te bewegen, en ten slotte met de andere hand het uiteinde dat bij het begin naar beneden is gestoken, naar beneden te trekken. Controleer of de knoop zo heel dicht tegen het blad komt.
Het uiteindelijk straktrekken van de knoop kan natuurlijk met de hand of met een tang, maar zoals we ook al aangaven bij het afknopen van de lengtesnaren, een goed alternatief is het gebruiken van de bespanmachine zelf. Zet daartoe de trekkracht laag, hier op 12,6 kg gezet, maar zo'n 15 à 16 kilo kan ook meestal wel(voor natuurlijke darmsnaren is dit kritisch, omdat anders de snaar kan breken. Een knoop in een darmsnaar is immers een knik en zo'n knik is minder stevig). Dit levert mooie knopen op.

Is het allemaal goed gegaan, dan zal na het loslaten van de tang, de knoop richting tule gaan en daar heel strak tegenaan liggen. Hierdoor komt de knoop klem te zitten.
Knip tenslotte overtollige snaar af.

voorbeeld van een goede knoop


Twee, of vier knopen bij aparte lengte- en breedtesnaar
In het voorbeeld hier spannen we het racket als één geheel. Hierdoor ontstaat één knoop voor de lengtesnaren en één knoop voor de breedtesnaren. Je kunt er ook voor kiezen om de lengtesnaren en de breedtesnaren met een apart stuk snaar te spannen. In dat geval moet je ook aan de andere kant van het blad de breedtesnaar afknopen.
De redenen voor apart spannen van breedtesnaren kunnen zijn: een andere soort snaar voor de lengte- en de breedtesnaar gebruiken, en het kiezen voor minder kans op het door de war raken van de snaar bij het spannen (een kortere snaar heeft minder neiging om in de knoop te raken).



En verder . . .
>>> Ga verder met het meten van de bespanning